De Friese adel en de stinsen, staten en buitenplaatsen 13 februari 2024

Datum:

In de aankondiging in het jaarbulletin 2024 stonden diverse vragen over dit onderwerp. Dhr. Bearn Bilker, oranje- en adeldeskundige, gaf in een boeiende lezing antwoord op deze vragen.

In de middeleeuwen kwamen monniken en later ook anderen uit Duitsland naar het noorden van Friesland. Hier was vruchtbare bouwgrond. Er ontstonden kleine gemeenschappen. Iemand nam de leiding, bouwde op een gegeven moment een schuur van steen (stins) ter verdediging. Later werd er een huis aangebouwd. (state, een soort kasteel) De eigenaar noemde zich heer, daarna jonker. In Friesland werden door de bewoners van de verschillende ontstane dorpen die titels erkend, erfelijk via de mannelijke lijn. Zo is hier de adel ontstaan.

In andere landen wordt men benoemd door de keizer of de koning. Kenmerk van de adel: men was rijk en trouwde onderling om alle bezittingen bij elkaar te houden. (risico op inteelt) In het dorp was je hoveling. Dorpen hadden vaak ruzie over bezittingen.

Maximiliaan van Oostenrijk stuurt in 1500 Albrecht van Saksen om orde op zaken te stellen. In 1504 worden alle hovelingen ontslagen, maar hij benoemt hen officieel tot adel: OFA = Oude Friese Adel, totaal 104 personen. (men werd o.a. grietman) Nu zijn er nog 16. Leeuwarden wordt de centrale hoofdstad. De Franse revolutie heeft veel invloed gehad: niet de macht aan 1 persoon. De economische crisis in de 19e eeuw was een ramp voor de adel. (1847 aardappelziekte) Pacht kon niet meer worden betaald. Helaas werden veel stinsen verkocht en afgebroken. De stenen werden voor de bouw van huizen gebruikt. Er zijn nog ongeveer 40 States in Friesland overgebleven.

Al met al hebben we genoten van een hele interessante geschiedenis.

Ina van der Wal